Feiten
Legende...
Kijk maar eens naar Klaas Smit... de wenkbrauwen in een boogje omhoog en een vage glimlach om de mond. Later zou zijn zingende verre neefje Jan ook zo kunnen kijken... humor en klasse samengebald. Klaas hier is wat van plan. Ze zijn alle elf wat van plan... Er zijn meer, bijna meewarige glimlachjes op het gezicht. Jan Los , Hein Pitters, Henk van der Sluis, Gerard Snabilie. Allemaal kijken ze recht in de lens. Dat belooft wat. Zelfvertrouwen, dát is het. Wij hier zijn gewoon de allerbeste voetballers van Noord-Holland en wijde omgeving. In het mooiste stadion van Nederland en in de hóófdklasse... de hoogste voetbalafdeling van Nederland. Wie had dat kunnen denken en wie doet je wat? Het is 13 november 1955. Feyenoord, met de hakken over de sloot de hoofdklasse binnengesmokkeld, wordt met 0-3 verslagen... alle drie de goals
van Rudi Michel. Tja, voetballen kunnen ze wel. Een paar weken later verslaan ze in Alkmaar Elinkwijk dat later de kampioen van de hoofdklasse zal blijken te zijn. Maar toch loopt niet alles op rolletjes. Er is gedoe over de accommodatie van de ‘profclub’. Alkmaar’54 krijgt in oktober 1956 het terrein aan de Sportlaan toegewezen, later beroemd als De Hout. Maar Alkmaarsche Boys speelt op dat veld. Een tijdje spelen de clubs er alletwee, maar uiteindelijk leggen de Boys toch het loodje. De gemeente is meer geporteerd voor de ‘profs’. Die enkelvoudige amateurs moeten het verder maar doen met een veldje in de nieuwbouwwijk Overdie. Het gedoe met de velden verhoogt de feestvreugde tussen profs en amateurs niet. Alcmaria Victrix en Alkmaarsche Boys hebben veel te lijden onder de (op)komst van Alkmaar ’54. Dat komt voorlopig niet meer goed. Het gaat Alkmaar ’54 overigens ook niet geheel naar den vleze. Er zijn twee hoofdklassen en het plan is om te komen tot een eredivisie en een eerste divisie. Die hoofdklasse is toch lastiger dan de resultaten in het begin doen vermoeden. Alkmaar ’54 eindigt onder de streep. De ploeg heeft vier punten te weinig. Door de 1-1 tegen Sittardia op 3 juni 1956 is het lot bezegeld. Alkmaar’54 eindigt als elfde. Er is dan al een nieuwe trainer aangesteld: Kick Smit; Gerrit van Wijhe wordt dan tweede trainer. Dat kan ook haast niet anders want Kick Smit is een legende. Hij heeft weliswaar slechts 29 interlandwedstrijden gespeeld, maar in die wedstrijden scoorde hij wel 26 doelpunten. Ook in 1956 geldt hij nog steeds als de aangever van het beroemde Oranjebinnentrio van voor de Tweede Wereldoorlog: Bep Bakhuys, Leen Vente en Kick Smit. Als hij in Alkmaar komt, heeft hij nog steeds grote faam... Zijn reputatie wordt breed uitgemeten: Smit wíst altijd waar de bal zou komen en hij kon hem feilloos uit alle standen op de pantoffel leggen. Zelfs scoren deed hij met graagte. Van dat kaliber zijn er niet zo veel. Gerrit van Wijhe treedt terecht terug voor zoveel voetbalroem. Kick Smit (katholiek gedoopt als Johannes Chrihostomus) heeft eigenlijk geen grote of lange interlandcarrière. Vóór de Tweede Wereldoorlog was er de grote crisis met veel werkloosheid. Kick Smit -beroemd toch al- kon in 1940 een soepel geregeld baantje krijgen bij uitgeverij De Spaaarnestad. Dat is een zeer roomse uitgeverij. Bijkomende voorwaarde voor aanstelling is dat Smit gaat voetballen bij het Heemsteedse en roomse HBC. Hij doet het. Daarmee speelt hij in de katholieke voetbalbond en komt bijgevolg niet meer in aanmerking voor vertegenwoordigende elftallen van de Nederlandsche Voetbal Bond (tegenwoordig KNVB). Zo gaat dat in deze dagen. Later is Kick Smit nog docent aan het CIOS geworden: baltechniek en balvaardigheid.
Op dat gebied hoeft niemand hem wat te leren. En hij wordt uiteindelijk trainer in Alkmaar. Er komen heel wat mannen bij, met tot de verbeelding sprekende namen als Hein Pitters. Henk Schouten, Piet Schuijt, Bas Ooteman en ook nog Piet Kaas. Maar de hoofdklasse behouden is niet meer aan de orde. Kick Smit of niet... De tijd van meewarige glimlachjes is voorbij.